We kregen eindelijk weer eens visite! Nadat Ester met oud en
nieuw bij ons op bezoek was geweest in Fiji, was dit weer onze eerste visite.
We hadden er zin in! Na een week voorbereiding op Bali, zoals luieren, hotel
wijzigen en chauffeur regelen, werd het tijd om Lammy en Adriaan op te halen
van het vliegveld in Bali.
Na een eeuwigheid op het vliegveld gewacht te hebben, konden
we ze eindelijk in onze armen sluiten en na een drankje in het hotel werd het
al snel bedtijd en konden Lammy en Adriaan lekker hun jetlag wegslapen.
De volgende dag voelde Adriaan zich helemaal thuis in
Indonesiƫ (hij heeft ook Indonesisch bloed) en begonnen ze al over emigreren
naar Indonesiƫ. Het werd ons duidelijk, we hadden te maken met twee echte
toeristen :)!
Na nog 2 dagen bijkletsen werden we ’s ochtends opgehaald
door onze chauffeur. Hij heette Langen en hij was heel klein. Ook had hij zo
zijn standaardzinnetjes.
Als enorme luxepaarden werden we van het ene paleis naar het
andere gereden. Eerst zijn we gestopt in Klungklung. Daar is het Tamar Gili
paleis en het is goed voor je karma om er even langs te gaan. Een belangrijke
stop zo aan het begin van de reis. Daarna hebben mama, Adriaan en ik (Guido
bleef buiten staan)
gemediteerd bij de Besakih tempel en als beloning kregen we een rijstmaaltijd
op ons voorhoofd gedrukt.
Gelukkig was er onderweg ook nog even tijd voor een kopje
koffie en zo hebben we in een kruidentuin eerst gekeken hoe de Civetkat onze
koffieboontjes uit poepte om vervolgens deze lekker op te drinken.
De volgende dag waren Guido en ik al zo moe van alle
bezienswaardigheden, dat we maar een dagje in het hotel zijn gebleven. Mooi
zwembad, kleine dokters en grote suites.
Na al die dagen aan de kust te hebben gezeten werd het tijd
om het binnenland in te trekken. Het begon dan ook meteen te regenen. Eerst
even een stopje bij de olifantentempel (Goa Gajam) zonder olifanten en daarna
door naar Monkey forest met helaas heel veel apen. Gelukkig kwamen we er weer
heelhuids uit en konden we nog even van wat kunst genieten in het Neka
kunstmuseum.
De volgende dag zijn we de dag begonnen met Balinese dans
uitgevoerd door Sahadewa en daarna zijn we langs wat rijstvelden naar een koud
bergrestaurantje gereden om vervolgens te genieten van het uitzicht op de bijna
compleet in de wolken verdwenen Bunung Batur vulkaan. Gelukkig gingen wij
daarna vrij snel weer afdalen en werd te temperatuur aangenamer.
We waren de regen en de wolken in het binnenland wel weer
zat en we besloten om maar weer richting de kust te rijden. De zon kwam er weer
bij en na enkele vlinders en insecten op je lijf te hebben gehad, langs
rijstvelden, tempels en watervallen te hebben gereden, kwamen we aan bij het
lieflijke kustplaatsje Lovina. Daar hadden we een huisje aan het strand waar we
heerlijk konden relaxen en s avonds op het strand eten.
Natuurlijk moest er rondom Lovina ook van alles bekeken
worden en zo zaten we de volgende dag weer in de auto naar het dichtbijgelegen
plaatsje Singaraja. Daar hebben we een beetje over de lokale Pasar gewandeld en
met de auto koloniale huizen in de stad bekeken. Als afsluiter hebben we nog
even een crematie bijgewoond en toen werd het tijd om onze chauffeur vaarwel te
zeggen en te wachten op de volgende chauffeur naar Java.
Anna
Geen opmerkingen:
Een reactie posten